1. Membraantransport via eiwitkanaaltjes noemen we ook wel .............................. transport.

2. Membraantransport dat de cel geen energie kost noemen we ............................. transport.

3. Bij actief transport wordt dit molecuul gebruikt om een membraaneiwit van vorm te laten veranderen.

4. De nettoverplaatsing van stoffen over een membraan van een hoge naar een lage concentratie noemen we

5. De nettoverplaatsing van water over een semi permeabel membraan noemen we

6. Verplaatsing van water gaat door een transporteiwit dat met ook wel een aquaporine noemen. Wat is een eenvoudig woord hiervoor?

7. Een oplossing met een hoge osmotische waarde heeft een ................. opgeloste stoffen.

8. Een oplossing met een lage osmotische waarde heeft een ................... opgeloste stoffen.

9. Als in de cel de osmotische waarde hoger is dan buiten de cel zal het water zich ............. de cel verplaatsen.

10. Als in de cel de osmotische waarde lager is dan buiten de cel zal het water zich .............. de cel verplaatsen.

11. Opname van stoffen van buiten de cel naar binnen door het vormen van een transportblaasje noemen we

12. Afgifte van stoffen vanuit de cel naar buiten via een transportblaasje noemen we

13. Transportblaasje met verteringsenzymen.

14. Membraangebonden eiwit dat ionen transporteert.

15. Een oplossing met een hoge osmotische waarde noemen we zo.

16. Een oplossing met een lage osmotische waarde noemen we zo.

17. Oplossingen met een gelijke osmotische waarde ten opzicht van elkaar.

18. Wanneer het celmembraan van een plantencel nog net niet loslaat van de celwand noemen we dat

19. Wanneer het water in de plantencel een grote druk geeft tegen de celwand noemen we dat

20. Wanneer door een tekort aan water het celmembraan van een plantencel volledig los is van de celwand noemen we dat

21. Door zout toe te voegen aan je voedsel kun je het langer houdbaar houden. De osmotische waarde veranderd waardoor bacteriën en schimmels niet overleven. Hoe noemen we deze techniek?